top of page

Gedichten

De dubbele Nelson

 

Papa, waar zullen we het over hebben nu je nog leeft.

Je liggend op de bank het bijna begeeft.

En in een trainingspak voetbal kijkt op t.v.

Wachten op de dood valt waarachtig niet mee.

 

Zal ik je nu zeggen, dat ik mijn vader mis?

Die er ondanks zichzelf nog altijd is.

Of straks, te laat, in tranen en laf

In een gedicht aan je kille graf.

 

Dat vechtend stoeiend jij

ooit de dubbele Nelson deed bij mij

En ik gelukkig was.

 

Lieve papa, hebben we dan niets meer gemeen

Behalve voetbal

Behalve alleen?

 

Voor Annemarie

 

Als je wilt jongleren

Dan niet met mij

Kan er niet tegen

Als je me laat vallen

 

Als je wilt jongleren

Neem dan niet mijn hart

Verdraag het niet

Als het breekt

 

Als je wilt jongleren

Neem dan twee ballen

Die van mij

En laten we samen vallen

 

Even niet over je ex

Jou heb ik voor de sex.

Voor Tamara

(mijn allerliefste verrader)

 

Je slaat me.

Hard en meedogenloos.

Je behandelt me slecht

Als ik er niet ben.

 

Je neemt me,

In mijn reet.

Je behandelt me slecht

Als ik er niet ben.

 

Want je doet het

Met jongens

En meisjes

Als ik er niet ben.

 

Voor Milan

 

Ik ben je vader.

Ik hou van je.

Dat gaat vanzelf.

Zoals jij van chocola.

 

 

Voor Jan Rietveld

 

Als een ballonvaarder, vader

die wegdreef van de aarde,

dreef ik weg van jou.

Om te bereiken waar u reeds was.

Wat blijft er over,

klein kereltje, sigaar en as.

23 april 2014

 

Voor het eerst gescheiden vandaag.
Om even heel lang bij te huilen.

Wie troost mij nog?

Wie wrijft over mijn builen?

Wie stelt mij gerust?

Of scheldt mij desnoods stijf.

Als ik het antwoord

schuldig blijf.

 

Liefde of geen liefde,

Zo wordt het omschreven. 

Want 'vuile kankerhoer'

klinkt overdreven.

 

 

De Ysbreeker

Als het straks weer zomer is, rijd ik op de motor door de stad
Nergens naartoe, onderweg zijn is het doel 
Zeg maar wandelen op wielen, dat gevoel
Wie of wat de fuck maakt me wat

Spuistraat, Koningsplein, Singel en Muntplein
Langs Amstel en Blauwbrug, gas, een brug en los, gas, een brug
In mijn ooghoek zie ik vrouwen lopen, jong en mooi te zijn
Een man in cabriolet met blote rug 
(die man)

Sarphatistraat rechts links, het hotel op stand
De verboden tunnel door
Bij het terras vol van verwachting aanbeland

Kijk mij dan zachtjes zweven
Tot dat jij het ziet
Om vervolgens gas te geven

De heldere Dixie

In slapeloze nacht zijn we te gast in een talkshow op tv
Jij met heldere dictie (weet je nog die heldere Dixie voor mijn deur en hoe we daarom lachten) en verveeld
De quote die je sindsdien op je tijdlijn deelt:

‘All is ok in the end. If it is not ok, it is not the end.’ Om hier een glimlach (smiley) aan toe te voegen: ‘het is okee.’

Jeroen Pauw vraagt: ‘wat is volgens jou het ding?’
Ik mompel dat je gevoel voor vrouwen groeide
Dat ik zei: 'het is goed.' En jij zei dat je mijn toestemming niet nodig had (alsof het daarom ging)
Dat je het niet verdroeg, dat ik mij daarmee bemoeide

Dat ik toen. En toen jij. Et cetera. De herhaling van de nacht
Het denkbeeldige programma dat ik moet beleven
Tot het licht wordt en het inzicht wacht

Het beeld dat maar niet went
Dat we van elkaar gehouden hebben (‘de liefde van je leven’)
Maar elkaar niet hebben gekend

 

 

bottom of page